zondag 20 januari 2013

Het einde... of toch niet?

Het is zo ver. 

De module muzische school zit erop.
Maar is dit nu het einde van muzo?
Neen, dit is het zeker niet.
Ik zou kunnen stellen dat dit net het echte begin is.

Dankzij de vele workshops op de hogeschool en de muzodagen in Dworp heb ik veel bijgeleerd op muzisch, maar ook op ander vlak.

Ik heb geleerd beter om te gaan met de verschillende muzische deeldomeinen. Ik kreeg een duidelijker beeld van wat je nu eigenlijk allemaal kan doen met muzo. Alles samen vormt muzische opvoeding een brede waaier aan eindeloze activiteiten.

Er zijn dan ook zeer veel dingen, teveel om op te noemen, die ik uit deze module ga onthouden en meenemen naar de toekomst. Dankzij dit muzoblog kan ik de veelheid aan muzische prikkels steeds opnieuw bekijken. Ook de verschillende manieren van evalueren vond ik zeer interessant en bruikbaar voor de lagere school.

Deze module heeft mij op een mooi muzisch spoor gezet. Dit wil ik zeker en vast blijven bewandelen en verder ontdekken.

Het einde van de module was voor mij geen echt einde, maar net een nieuw begin.
 


Spelen in de sneeuw

Het sneeuwt nu al een hele tijd en de sneeuw blijft goed liggen.
Zowel gisteren als vandaag viel er nog redelijk wat uit de lucht. Voor velen onder ons brengt dit ellende en gejammer mee, maar sneeuw kan ook heel leuk zijn.
Dit geldt voor jong en oud, voor mens en dier.

Ook mijn hondje Odie amuseert zich heel goed in onze mooie, witte tuin.




zaterdag 19 januari 2013

Kunst op pootjes (RASA)

Van 15 januari tot en met 27 januari 2013 loopt in Beveren de tentoonstelling 'Kunst op pootjes'.









Dit is een tentoonstelling speciaal voor scholen van het lager onderwijs.

De inhoud

De tentoonstelling bestaat uit twee kamers, met elk acht slanke pootjes.
De Kunstkamer is een verzamelkast waar je in kunt kijken.
Elk hedendaags kunstwerk heeft er een eigen plekje.

De Groeikamer lijkt wel een bijenkast vol honingraten
Als toeschouwer word je uitgenodigd om met een zelfgemaakt kunstwerkje de kamer aan te vullen. Zo bouwt iedereen mee aan één groot kunstwerk.

Dit is echt een heel leuke en interactieve tentoonstelling, die je met kinderen kan doen. Op een speelse manier ontdekken ze hedendaagse kunst.
En hiernaast ontwerpen ze ook zelf hun eigen kunstwerkje en bouwen ze mee aan een groot kunstwerk.
Bovendien kan je zelf ook met jouw werk deelnemen aan deze tentoonstelling.

Enkele werken van de tentoonstelling



Ontdek zeker: www.rasa.be
Rasa heeft deze tentoonstelling uitgewerkt, maar op de site vind je nog veel meer leuke ideetjes zoals bijvoorbeeld: het maken van een doe-boek en een kunstkoffer (iets zoals onze muzobox). 

vrijdag 18 januari 2013

Mijn muzobox

Hierbij stel ik jullie voor... Mijn muzobox


Aan de hand van de muzobox heb ik mijn muzische groei, doorheen de drie jaar van mijn opleiding, voorgesteld. Op en in de doos heb ik muzische activiteiten van de afgelopen drie jaar weergegeven. Al deze activiteiten hebben bijgedragen tot mijn muzische groei.
Hieronder vertel ik even over mijn muzische groei voor de hogeschool en over mijn groei tijdens de opleiding.

Mijn muzisch groei voor de hogeschool 
In de lagere school was het aanbod van muzische lessen vrij beperkt. Bovendien kregen we bij de lessen beeld meestal een voorbeeld dat we moesten namaken. Tijdens de opleiding leerde ik dat dit helemaal niet muzisch is. Hiernaast kan ik mij weinig herinneren van de muzolessen tijdens mijn tijd in de lagere school. Er is mij dus weinig van deze lessen bijgebleven. Ik zou het als leerkracht leuk vinden als de kinderen blijven onthouden welke leuke dingen ze in de muzische lessen hebben gedaan en hebben gemaakt. Dit geeft pas voldoening.

In de middelbare school leek het de goede weg op te gaan. Tijdens de eerste drie jaren hadden we het vak plastische opvoeding of kortweg PO. Tijdens deze lessen gingen we al iets dieper in op het muzische. We gingen ook meer muzisch te werk. De leerkracht gaf bijvoorbeeld geen voorbeeld meer dat we moesten namaken. Ze legde de techniek uit en dan konden we zelf aan de slag.
Maar daar stopte het ook. Vanaf het vierde middelbaar kregen we geen plastische opvoeding meer.

Mijn muzische groei op de hogeschool
Aangekomen op de KaHo Sint-Lieven had ik eigenlijk geen idee van wat muzo was. Ik dacht muzo is muziek of knutselen? Maar dit bleek niet alles te zijn. Doorheen de drie jaar is mijn visie en mijn gedacht over muzo sterk veranderd. Mijn muzische groei stel ik voor met mijn muzobox

Kijk maar even mee.  


  • De buitenkant
Een reiskoffer: Ik ga heel graag op reis en muzische lessen zijn voor mij zoals op reis gaan. Voor ik op reis vertrek ben ik altijd zenuwachtig, maar uiteindelijk beleef je toch mooie momenten. Dit is ook zo bij muzolessen. Als je ziet dat de kinderen genieten en wat de kinderen bereiken, dan zijn dit voor mij altijd mooie momenten.

Ogen: De ogen geven weer dat de verschillende muzische lessen en workshops, op de hogeschool, mijn ogen hebben geopend. De ogen drukken ook mijn verbazing uit. Ik sta nog steeds versteld wat je met muzo allemaal kan doen.

Brillen: De gekleurde brillen stellen de brillen van Parsons voor. Parsons gaat ervan uit dat je de vijf brillen kan gebruiken om naar kunst te kijken. Je kan ze ook gebruiken om naar andere muzische deeldomeinen te kijken. De brillen hebben allemaal een andere kleur omdat je naar de verschillende domeinen op verschillende manieren kan bekijken. Maar je kan één domein ook door verschillende brillen bekijken. 

Een spiegel: Dit verwijst naar het reflecteren. Om te groeien is het belangrijk dat je leert reflecteren over wat je doet en hoe je iets doet. Zelfreflectie is het begin van een oneindige groei.

Puzzelstukjes: De stukjes geven de verschillende muzische deeldomeinen weer: beeld, drama, muzisch taalgebruik, muziek, bewegingsexpressie en media. Per puzzelstukje gaf ik aan de hand van prenten en foto's weer wat we doorheen de jaren hebben gedaan, wat we hebben gedaan en wat we hebben gecreëerd. Wat dit alles met mij op muzisch vlak heeft gedaan, kom je te weten aan de binnenkant van mijn muzobox.
  • De binnenkant 
Verbonden puzzelstukjes: alles puzzelstukjes zijn met elkaar verbonden. Dit geeft weer dat alle muzische deeldomeinen bij elkaar horen. Je kan verschillende domeinen in één les integreren. Ook kan je ze integreren in andere lessen zoals bij: wero, wiskunde, taal,...
 
Muzo was: op een zwarte achtergrond schreef ik woorden die weergeven hoe ik voor mijn opleiding
                   naar muzo keek. Enkele woorden die ik schrijf zijn:
                   De zwarte achtergrond staat voor het verleden en voor het zwarte gat dat muzo voor mij
                   eigenlijk was.

Muzo is: Op een rode achtergrond heb ik weergegeven hoe ik nu tegenover muzo sta. De rode kleur staat voor warmte, maar ook voor bloed. Dit stroomt door al onze aders. Vroeger dacht ik dat muzo niets voor mij was. Nu is voor mij gebleken dat het ook wel wat in mijn bloed zit. Iedereen heeft wel iets muzisch in zich.

De ondergrond: Op de bodem van mijn doos heb ik een vijvertje met een waterlelie en een boom geplaatst. De lelie geeft weer dat ik tijdens de opleiding opgebloeid ben op muzisch vlak, maar eigenlijk ook op andere vlakken. De boom wijst op mijn groei. Beiden worden gevoed door water. Ook ik moest gevoed worden door de lessen, door de lectoren, de mentoren en medestudenten om te kunnen groeien.

Zonnetjes: bovenaan heb ik zonnetjes getekend die verschillende emoties uitdrukken. Doorheen de opleiding zijn deze ook aan bod gekomen. Soms was ik blij, op andere momenten eens verdrietig, op nog andere momenten verbaasd,... Ook bij kinderen heb ik gemerkt tijdens stages dat zij verschillende gevoelens hebben bij de lessen. Niet iedereen beleefd muzische lessen op dezelfde manier. Maar over het algemeen schuilt er overal en achter iedereen wel een zonnetje. En achter elk kind schuilt wel een stralend zonnetje.

donderdag 17 januari 2013

Evaluatie workshops op school

Terug aangekomen in Destelheide was het tijd om de muzodag te evalueren.
Dit deden we aan de hand van een huisje, een muurtje of een piramide.
Dit bouwden we door enkele vragen te beantwoorden in verband met de afgelopen muzodag.
Op deze manier kregen we een aantal bouwstenen om ons gebouw mee op te bouwen.

Dit was ons resultaat

 

Wat wij tijdens deze dag het belangrijkst vonden staat onderaan in onze piramide. 
Deze bouwstenen vormen de basis.
Hieronder verklaar ik kort onze belangrijkste bouwstenen. 

De basis
  • Gemotiveerde leerkrachten: dit is heel belangrijk om de kinderen ook te motiveren.
  • Materiaal: bij het verklanken van het gedicht hadden we muziekinstrumenten meegebracht. Als we dit niet hadden gedaan, was de workshop niet zo leuk geweest.
  • Organisatie: tijdens de voorbereiding hadden we de workshop goed voorbereid. We wisten goed wat we met de kinderen wilden bereiken.
  • Goede samenwerking: de samenwerking ging goed en het uitwerken van de workshop verliep vlot. 
  • Afspraken: het is steeds belangrijk dat er vooraf goede afspraken gemaakt worden. Dit is zowel het geval bij de voorbereiding als tijdens het werken met de kinderen. Ook met hen moet je goede afspraken maken. 
Eerste rij
  • Gemotiveerde kinderen: het leuk om te werken met kinderen die gemotiveerd zijn om mee te werken. Hier kan je als leerkracht ook aan bijdragen door zelf gemotiveerd te zijn.
  • Goede sfeerschepping en sfeer tijdens het werken met de kinderen: dit draagt ook bij tot het motiveren van de kinderen. Als er een goede sfeer is, dan is het altijd aangenamer en leuker.
  • Welbevinden: het welbevinden van de leerlingen is zeer belangrijk. Als zij zich goed voelen, zullen ze ook met meer plezier meewerken en genieten van wat ze doen. 
  • Inductief werken: de kinderen brengen (deels) zelf aan wat zij willen doen en hoe zij dit zullen bereiken. Tijdens de voorbereiding van het toonmoment vertrokken we ook vanuit wat de kinderen aangaven.
Tweede rij 
  • Plezier beleven: het is van belang dat je plezier beleeft bij wat je doet. Ook is het belangrijk voor de betrokkenheid, het welbevinden en de motivatie van de kinderen en de leerkrachten.
  • Goede samenhang: alles wat je wil doen en wat je doet, moet een zekere samenhang hebben. Alles heeft ook een gevolg voor elkaar. Als je gemotiveerd bent, voel je je goed en kan je plezier beleven,...
  • Communicatie: iedereen moet weten wat er gaat gebeuren en hoe dit gaat verlopen. Een goede communicatie is net als het maken van afspraken zeer belangrijk.
Derde rij
  • Resultaat: het resultaat is niet het belangrijkste. Het proces dat de kinderen doorlopen is van groter belang.
  • Verschillende manieren van evalueren: tijdens de muzodagen op de hogeschool en in Dworp kregen we een groot aanbod van manieren om te evalueren. Deze zijn ook bruikbaar in de lagere school. Van evalueren kan je veel bijleren. Wij evalueerden door de workshop te beschrijven aan de hand van een muziekinstrument.
Tot slot
  • Klas- en jaaroverschrijdend: het was leuk om op deze manier te werken. Dit is echter niet altijd en overal mogelijk. 

Algemeen kan ik besluiten dat de muzodag zeer geslaagd was. Het was heel leuk om te doen en het was echt een leerrijke en onvergetelijke ervaring.

Muzische workshops op school

Vandaag trokken we voor de muzodag naar de gemeenteschool van Dworp.
Gisteren vertelde ik al dat we workshops voor de kinderen hadden uitgewerkt.
Deze hebben we vandaag met hen uitgeprobeerd.

Elk groepje had een andere workshop rond een andere muzisch deelgebied. Wij hadden de workshop muziek. In de voormiddag voerden we onze workshop vier keer uit. Dit telkens met een ander groepje kinderen uit de bovenbouw. In het begin was ik zenuwachtig, maar dit verminderde toen we echt aan de slag gingen. De kinderen waren enthousiast, betrokken en ze deden goed mee. Dit was zeer leuk en hierdoor kon ik mij ook volledig inleven.

Onze muzodag begon met een toneeltje, gebracht door de coördinatiegroep. Ze gebruikten dit om de kinderen in de sfeer te brengen en om de dag in de leiden. Als de kinderen goed hun best deden, konden ze helpen om een sneeuwvrouw te ontdooien. Hiervoor moesten ze tijdens de workshops enkele voorwerpen verzamelen.
Met ons allen dansen we ook een flashmop in het thema van de jaren 20 en 30.

Kijk je even mee?



In de namiddag mochten de kinderen kiezen voor een workshop die ze nog een keer wilden doen. Tijdens deze workshop werd er dieper ingegaan op wat ze in de voormiddag hadden gedaan. Het was als het waren een uitbreiding hierop. Het doel van deze workshop was het uitwerken van een toonmoment. We kozen ervoor om met de kinderen een gedicht van Paul van Ostaijen te verklanken met muziekinstrumenten en met ons lichaam.Hiervoor deelden we onze groep nog eens in twee groepjes in. Elke groepje verklankte een deel van het gedicht 'Nachtelijke optocht'. De kinderen zochten zelf een ritme in de zinnen. Dit ritme verklankten ze zelf. Hier en daar stuurden wij een beetje bij. Op het einde van de dag brachten we met onze groep kinderen een toonmoment voor een andere groep. Het was verrassend om te zien dat er op een vrij korte tijd zeer mooie resultaten waren. Dit geeft een heel goed gevoel.

Bekers doorgeven



Ons toonmoment



Een overzicht van deze heerlijke muzodag kan je bekijken in onderstaand filmpje.
Dit werd gemaakt door het coördinatieteam. Dankzij hen en alle andere studenten, lectoren en de gemeenteschool van Dworp beleefden we een supertoffe dag.




Fotoshoot jaren 20 en 30

Voor we naar de afterparty vertrokken, liet ik mijn kamergenoten even poseren.
Maar ook tijdens de party trok ik enkele foto's.
Hier is het resultaat.


Afterparty à la jaren 20 en 30

Onze laatste avond in het interbellum sluiten we af met een afterparty in de stijl en met de kledij van de jaren 20 en 30.

Awarduitreiking: beste kortfilms

Deze avond was er in Dworp veel bekend volk aanwezig.
Velen vroegen zich af wat er aan de hand was.
Het bleek dat er die avond een grote show was voor de Awarduitreiking van de beste muzische kortfilms in de genres: beeld, muzisch taalgebruik, bewegingsexpressie, drama, media en muziek. 

Maar er was meer.
Zonder het te weten waren ook wij allemaal persoonlijk uitgenodigd.
Dit was een zeer spannend, maar toch een leuke verrassing.

Alle filmpjes waren op hun eigen manier heel knap, maar er kan in elke categorie jammer genoeg maar één winnaar zijn.

In onderstaand filmpje vind je een overzicht van de genomineerden per categorie.



Hieronder vind je enkele filmpjes van genomineerden.

  
 


De filmpjes van andere genomineerden zijn terug te vinden op www.youtube.com
Alle filmpjes zijn in de klas bruikbaar als instap, als sfeerschepping bij verschillende (muzo)lessen.

woensdag 16 januari 2013

Dansen tijdens de jaren 20 en 30

Vanavond was onze avondactiviteit in Dworp heel bijzonder.

Met z'n allen gingen we DANSEN.
Nu kun je denken, dansen dat is toch niet bijzonder.
Maar we hebben niet zomaar gedanst.
We werden door dansinstructeur Sepp meegenomen naar de jaren 20 en 30.
Om de sfeer erin te brengen, toonde hij eerste enkele leuke en ook wel grappige filmpjes over dansen in die tijd.

Twee heel bekende dansen tijdens de jaren 20 en 30 waren: de Lindy Hop en de Charleston.

Kijk even mee en geniet van deze swingende dansen.

De Lindy Hop


De Charleston


Wat vond je ervan? Leuk? Of eerder een beetje ouderwets?

Maar deze dansen niet zijn nog actueler dan je denkt. Veel dansstijlen die we vandaag de dag kennen, zijn ooit ontstaan vanuit de dansen in de jaren 20 en 30.

Bovendien wordt er vandaag de dag nog steeds gedanst zoals in die tijd.
Kijk maar mee naar het internationaal Lindy Hop kampioenschap.



Na het bekijken van de filmpjes was het natuurlijk de bedoeling dat we zelf gingen dansen.
Dit zorgde ervoor dat we allemaal veel plezier beleefden en dat we ook goed gelachen hebben.

Enkele sfeerbeelden en een afsluitend filmpje.





Voorbereiding workshop voor kinderen

Deze morgen kregen we de opdracht om voor de kinderen van de bovenbouw een workshop uit te werken. Deze proberen we morgen uit met kinderen van de Gemeenteschool van Dworp.

Mijn groepje koos voor een workshop rond muziek. De workshop zullen we vier keer moeten doen met telkens een ander groepje kinderen. In de namiddag was er nog een uitbreidende workshop. Van hieruit vertrekken we om uiteindelijk een toonmoment te organiseren.

We namen een kladpapier en begonnen onze ideeën te verzamelen.


Een sfeerbeeld van de voorbereiding.


De workshop die we moeten voorbereiden zal telkens 35 minuten duren.  In totaal moeten we deze workshop vier keer uitvoeren. Ons doel is de kinderen laten experimenteren met en laten genieten van muziek. Muziek maken kunnen we doen met: instrumenten, met ons lichaam en met vindmaterialen.

Onze workshop gaat van start met een klapoefening. Op deze manier willen we de kinderen motiveren en hen in de sfeer brengen. Eerst bepalen wij enkele keren wat er wordt geplakt. Daarna zijn de kinderen aan de beurt om een klapoefening voor te doen. 
Vervolgens doen we hetzelfde, maar dan met muziekinstrumenten. 

Hierna mogen de kinderen, die dit willen, nog een ander instrument nemen.
Dan mogen de kinderen zichzelf voorstellen. Dit doen ze niet zomaar. Ze stellen zichzelf voor met hun muziekinstrument. Dit bouwen we op en af. Een kind begint te spelen en de anderen vallen elk om beurt in. Ook spelen we een keer stiller en dan weer luider.
Daarna gaan we een stapje verder. We verklanken samen het woord 'interbellum'. De betekenis van dit woord hebben we vooraf uitgelegd aan de hand van onze kledij.

De workshop sloten we af met het muziek maken met bekers. Dit deden we omdat we dit zelf ook zeer leuk vinden. 

Na de middag organiseerden we voor de kinderen een uitgebreidere workshop. Hiervoor hebben we ons gebaseerd op het ritmisch vertellen en verklanken van gedichten. We kozen voor een gedicht van Paul van Ostajien omdat zijn gedichten al heel wat ritme bevatten.
Met deze gedichten zullen we aan de slag gaan om uiteindelijk een toonmoment te brengen voor een ander groepje.

Voor de resultaten van de muzodag zal je moeten wachten tot morgen.

Muzoquiz



De avondactiviteit van onze eerste avond in Dworp was een plezante en muzische quiz. De indeling van de groepjes gebeurde op een handige en willekeurige manier. Er werd gewerkt met het programma smartboard. Het programma maakte uit de foto's van alle studenten een willekeurige selectie. Zo werden de groepjes niet ingedeeld door een onschuldige hand, maar door een onschuldig programma. Ik vond dit alvast een speciale manier. Zeker iets wat we in de klas ook kunnen gebruiken om de kinderen in groepen te verdelen.

We kregen vragen in verband met de vijf verschillende deeldomeinen van muzische opvoeding. Voor velen bleek dit geen gemakkelijke opdracht te zijn, maar het bleef wel altijd even leuk. Meedoen is dan ook belangrijker dan winnen.
Naast onze kennis van muzo werden ook onze vijf zintuigen getest in vijf verschillende opdrachten.
Een voorbeeld hiervan was het ontdekken van een voorwerp door te voelen met je voeten. Bij een andere opdracht moest je eerst aan een geur ruiken. Daarna moest je zeggen welke lector deze geur op zich had. Dit bracht gekke beelden met zich mee. Allemaal studenten die aan de hals van de lectoren ruiken.

Zoals je al kan vermoeden, was het een zeer leuke en bij momenten grappig quiz. Het is zeker ook iets dat we in de klas kunnen gebruiken. Aan de had van de quiz kunnen we de kennis van kinderen nagaan en vergroten op een toffe en speelse manier. Ook het samenwerken en vertrouwen op elkaar is hierbij belangrijk.


Muzische sneukeltocht

Vandaag was onze namiddagactiviteit een muzische sneukeltocht. Tijdens de tocht moesten we vijf opdrachten uitvoeren om vijf ingrediënten te verzamelen. De opdrachten waren gelinkt aan de muzische deeldomeinen. 
De opdrachten per domein waren: 

- Beeld: Eerst moest je een foto kiezen en bekijken.Vervolgens moest je dit aan de hand van een zelfgekozen en gecreëerde figuur weergeven. De figuur moest de foto beschrijven. Deze figuur was het begin van onze clip. Het zintuig dat tijdens deze opdracht aan bod kwam was 'zien'.

- Muziek: We moesten twee geuren kiezen en hierbij een ritme bedenken door de klappen, te  stappen,te neuriën,... Dit was de muziek voor onze clip.  Bij deze opdracht gebruikten we het zintuig 'ruiken'.

- Muzisch taalgebruik: Met gesloten ogen een product proeven. In jabbertaal moesten we uitdrukken wat we van het product vonden. Om dit te kunnen doen, maakten we gebruik van onze 'smaak'. Ook deze geluiden werden aan onze clip toegevoegd.

- Beweging: bij een (stukje van een) gedicht een aantal bewegingen bedenken. Onder deze bewegingen moest er ook een silly beweging zijn. Deze bewegingen geven weer hoe de acteur in onze clip zich bewegen.

- Muziek: Onze laatste opdracht was elkaar beschilderen op muziek. Wegens tijdsnood konden we deze opdracht niet meer uitvoeren. Onze acteur waren dus niet gemaquilleerd.

Bij het uitvoeren van elke opdracht moesten we telkens gebruik maken van onze verschillende zintuigen. Met de resultaten konden we stukjes van een clip uit de jaren 20 en 30 verzamelen. Als we alle stukjes van de opdrachten samenvoegen, komen we tot een clipje uit deze jaren.
Maar dit was buiten de hedendaagse mensen gerekend. Op het terrein liepen twee mensen uit de toekomst. Zij haatten alles uit de jaren 20 en 30. Als één van hen ons kon raken met een sneeuwbal moesten we een ingrediënt afgeven. Dit konden we ook vermijden. Om te voorkomen dat zij ons konden raken, moesten we zingen, lawaai maken en met elkaar verbonden blijven door bijvoorbeeld hand in hand of arm in arm te lopen. 
Deed je dit niet en je werd geraakt dan moest je terug gaan naar de activiteit waarvan je het ingrediënt had verloren. Om dit terug te krijgen, kon je een strafopdracht uitvoeren. 
In de late namiddag, het was al donker, verzamelden we allemaal in het openluchttheater. Hier konden we de ingrediënten samenvoegen. Het bleek dat we met alle ingrediënten een dipsausje hadden gemaakt voor bij de chips. Als de juiste hoeveelheden gebruikt werden, was het sausje eetbaar. Dit was bij ons echter niet zo.

Persoonlijk vond ik dit een heel leuke activiteit. Het is zeker ook iets dat je met kinderen van de lagere school kan doen mits een kleine aanpassing van de opdrachten.Op een speelse manier werken de kinderen met de verschillende muzische domeinen en maken ze gebruik van al hun zintuigen.

dinsdag 15 januari 2013

Workshop vertellen

Na de middag, van onze eerste dag in Dworp, was er een keuzeactiviteit. Ik heb gekozen voor de workshop rond vertellen. Dit deed ik omdat ik enthousiaster en expressiever wil leren vertellen. Dit is belangrijk als je kinderen wil laten meegaan in een verhaal. 
Tijdens de workshop werkten we niet echt rond expressief vertellen. Toch kregen we een aantal andere nuttige tips die we in de klas kunnen gebruiken.
De manier waarop je iets vertelt is van groot belang. Zowel het verbale als het non-verbale zijn hierbij belangrijk. Vertellen draait niet alleen om taal, maar ook om lichaamstaal. Je moet ook op een rustig tempo vertellen zodat je publiek goed kan volgen.
Nog een goede tips was dat je goed moet weten wat je wil en/of moet vertellen. Je bepaalt best vooraf wat belangrijk is in je verhaal. Hoeveel tijd heb je om iets te vertellen? Moet je veel details vertellen of zijn deze overbodig? Deze vragen kunnen je op weg helpen om een goed en duidelijk verhaal te vertellen.

Hieronder vind je een korte opsomming van de opdrachtjes die we tijdens de workshop deden.
Ze zijn ook allemaal bruikbaar in de lagere school. Sommige opdrachten zijn geschikt voor alle graden (bv. opdracht 1). Andere opdrachten zijn voor de hogere graden (bv opdracht 3).   

1. Opwarmingsoefeningen voor een ontspannen houding, om de spraakorganen los te maken en om
    je publiek aan te durven kijken als je iets vertelt. Al deze oefeningen deden we in een grote kring.
    Je kan dit ook gewoon in de klas of in de turnzaal doen.

2. Per twee een lievelingsgerecht zodanig beschrijven dat de andere het water ervan in zijn mond
    krijgt. Dit kan je o.a. door te beschrijven hoe het gerecht eruit ziet, maar ook hoe het ruikt.
    Je kan ook het omgekeerde doen. Je kan een gerecht beschrijven dat je heel vies vindt. Je vertelt
    hierover zodanig dat de andere dit nooit (meer) wil eten.
 
3. Per vier éénzelfde verhaal vertellen. De eerste krijgt zeven minuten. De tweede krijgt vijf minuten. 
    De derde krijgt drie minuten. En de laatste moet het verhaal vertellen in vijf tot zeven zinnen. 
    Wanneer je zeven minuten moeten vertellen, blijkt dit best wel lang te zijn. Je vertelt trager en je 
    gebruikt veel details om de gebeurtenissen te beschrijven. Op deze manier kan je het verhaal 
    'rekken'. Het omgekeerde doe je als je weinig tijd hebt om iet te vertellen. Je laat details weg en je 
    vertelt alleen de hoofdzaken van een verhaal. Dit noemt men de 'bones'
 
4. Voor de volgende opdracht schreven we een aantal woorden op. Afhankelijk van het aantal 
    personen en de tijd die je hebt, kan het aantal woorden variëren. Vervolgens leggen we alle 
    papiertjes omgekeerd in het midden van de kring. Je mag niet zien wat erop staat geschreven. Om 
    de beurt neem je een papiertje. De eerste die dit doet begint een verhaal te vertellen. Als deze 
    persoon zijn woord uitspreekt, is het de beurt aan de volgende. Deze trekt ook een kaartje en zet 
    het verhaal verder. Zo ga je de hele kring rond. De laatste in de kring moet ervoor zorgen dat het 
    verhaal wordt afgerond.

5.We spelen 'De drie wijzen'. De groep wordt in twee kleinere groepen verdeelt. Iedereen vertelt in
   zijn/haar groep één gênant moment. In de klas kan je ook met andere verhalen van de kinderen
   werken. Uit al deze momenten kies je er één uit. Vervolgens passen alle leden van het groepje dit
   verhaal een beetje aan. Het moest lijken alsof je dit zelf had meegemaakt. Als iedereen hiermee
   klaar is, vertellen de groepjes hun gênante momenten aan elkaar. Nadat iedereen zijn verhaal had
   gedaan, wordt er bepaald wie de waarheid vertelt. De leden van de andere groep gingen achter de
   persoon staan van wie ze dachten dat hij/zij de waarheid vertelde. Het bleek dat dit niet altijd even
   gemakkelijk was.

Deze workshop legde andere accenten dan ik had verwacht, maar dit vond ik niet erg. Het was een zeer leuke en leerrijke workshop waaruit ik veel zal onthouden.






Toonmoment schilderij Magritte

Op de hogeschool maakten we een toonmoment dat we in Dworp aan de volledig groep moesten tonen. Aangekomen in Dworp brachten we onze bagage naar de bergruimte en maakten we ons direct klaar voor het toonmoment. In totaal brachten 18 groepjes een voorstelling waarbij ze vertrokken waren vanuit een schilderij van Magritte.

Wij vertrokken vanuit onderstaand schilderij. 


Bij het uitwerken van het toonmoment maakten we gebruik van wat de afgelopen dagen in de workshops hadden geleerd. We maakten gebruik van een digitaal decor om onze voorstelling te ondersteunen.

Het verhaal begint in het heden. Vier mensen slapen en dromen over verschillende stukjes van een schilderij. Tijdens een orkaan komen al deze stukjes samen en komen de personen terecht op een feest in de jaren 30. Hier ontdekken ze het schilderij van Rene Magritte. We maken zelf muziek door de klappen, te stampen en met instrumenten. Ook bewegen we in verschillende lagen op deze muziek. Elk om beurt merken we dat we een stukje uit het schilderij bezitten. Met een silly walk brengen we deze terug naar het schilderij.
Tot het laatste stukje is toegevoegd blijven we in de wereld van de jaren 20 en 30. Maar dan... Het scherm bibbert en de wereld davert. We flitsen plots terug naar het heden.
Hier aangekomen, ontwaken we allemaal uit onze droom. Een persoon merkt dat ze nog een stukje uit het schilderij uit haar dromen bezit. In een innerlijke twist vraagt ze zich af of het echt of net een droom was. Uiteindelijk wordt de twist alleen nog met instrumenten weergegeven. De voorstelling eindigt met een knipoog naar het publiek. Dit verwijst naar het grote oog in het schilderij.
Algemeen verliep de voorstelling goed en zoals we het hadden gepland. Alleen op het einde ging het
even mis, maar dit stoorde niet echt. Ik was zeker tevreden met ons toonmoment.

Ons toonmoment zag er al volgt uit:


Na elk toonmoment evalueerden we elkaar. Dit deden we niet zomaar. De lectoren hadden verschillende manieren bedacht om elkaar te evalueren. Zo konden we het toonmoment beschrijven met: een cocktail, een dier, een muziekinstrument, een kleur, eten of door een emotie uit te beelden.
Bij elk toonmoment werd duidelijk dat we doorheen de workshops, maar ook doorheen de drie jaar van onze opleiding gegroeid zijn. De voorstellingen waren stuk voor stuk een plezier om naar te kijken.